Het dieselgemaal van de polder Sliedrecht is in 1923 op het grondgebied van Bleskensgraaf gebouwd. De polder Sliedrecht kon het overtollige water namelijk uitsluitend op die plaats kwijt. Het dieselgemaal kwam in de plaats van een stoomgemaal dat in 1883 op vrijwel dezelfde plaats werd gebouwd. Voor 1883 stond op deze plaats een wipwatermolen. Deze watermolen behoorde tot de 3 watermolens die het water uit de polder Sliedrecht in de Alblas moesten malen. Van de 3 watermolens is slechts een romp van één van de molens overgebleven.
Het gemaal bestaat uit een verticale twee-cilinder Bronsmotor van 96 E.P.K. direct gekoppeld aan een Stork-centrifugaalpomp met dubbele instroming. De zuig- en persbuis hangen schuin af respectievelijk in de Sliedrechtse binnen-en buitenvlieten. Het inlaten van het water vond plaats door een in 1923 aangelegde 0,50 m wijde ronde inlaatduiker met schuif tussen de Sliedrechtse buiten- en binnenvlieten naast en direct ten westen van het gemaal. Als de motor op toeren was, bedroeg de capaciteit 110.000 liter per minuut.
Het gemaal ligt ongeveer 300 meter van de openbare weg in de polder. De openbare weg heet Abbekesdoel. Gedurende de eerste jaren werd de dieselolie in vaten naar het gemaal gerold. Later werd een leiding aangelegd en werd de olie in grote ondergrondse tanks naast het gemaal gepompt.
Het dieselgemaal heeft dienst gedaan tot 1979. De toenmalige machinist, de heer J. Verstoep, bereikte toen de 65-jarige leeftijd. Vanaf 1979 heeft hij het gemaal tot op dit moment in perfecte staat onderhouden.