Het onderwerp voor deze avond is:
De plundertochten van de Gelderse krijgsheer Maarten van Rossem
Hoe ‘gelderaers’ begin zestiende eeuw de Alblasserwaard teisterden
Spreker is de ons inmiddels bekende heer Sander Wassing, historicus.
“Blaken en branden is het sieraad van de oorlog”. De lijfspreuk van de Gelderse krijgsheer Maarten van Rossem (ca. 1490-1555) werd door hem en zijn soldaten omgezet in meedogenloze daden. Kerkklokken, boden en rookkolommen aan de horizon waarschuwden dorpsbewoners dat de ‘gelderaers’ in aantocht waren. Van Rossem stond in de zestiende eeuw bekend als de ‘gesel van de boeren’.
Landsheer Karel V (1500-1558) koesterde de ambitie om alle Nederlandse provincies aan zijn gezag te onderwerpen. Dat betekende dat hij ook het hertogdom Gelre bij zijn gebieden wilde voegen; een ambitie waar de Gelderse hertogen zich uiteraard fel tegen verzetten. De gewone man kreeg de rekening gepresenteerd van het conflict dat tot 1543 steeds hoger opliep. Decennia lang hield Maarten van Rossem in dienst van de Gelderse hertogen de Nederlanden in zijn greep.
In 1513 en opnieuw in 1516 kwam het oorlogsgeweld dichtbij voor de inwoners van de Alblasserwaard. Inwoners van Hofwegen verklaarden ‘…dat zy hebben 11 cleyne haertsteden, die in Julio 1513 all afgebrant waeren van den Gelderschen’. In Molenaarsgraaf werden dat jaar alle huizen met de grond gelijk gemaakt op twee of drie huizen na. Wie was Maarten van Rossum en wat dreef hem? Hoe trof zijn harde hand de plattelandsbevolking en de dorpen in de Alblasserwaard in het bijzonder? Kunnen we in kaart brengen welke personen specifiek werden getroffen? Deze en andere vragen worden tijdens de lezing aan de orde gesteld.
Het bestuur hoopt u in het nieuwe jaar op 16 januari te mogen begroeten. Ook niet-leden zijn hartelijk welkom, zij betalen € 2,00.